Met enige regelmaat hoor ik mensen zeggen dat ze wel wat assertiever zouden willen worden. Ze beschrijven hun problemen rondom assertiviteit als een onvermogen om ‘nee’ te zeggen. Wanneer ik ze dan vraag om eens hardop ‘nee’ te zeggen, gaat dat probleemloos. Het is dus geen taalkundig probleem, maar wat is het dan wel en wat is de oorzaak?
Wat is assertiviteit?
Assertiviteit is veel meer dan enkel ‘nee’ zeggen. Dat kan iedereen. Het gaat om het wanneer, waarom en hoe. Assertiviteit begint bij een ‘nee’ voelen. Wanneer je onvoldoende in contact staat met je eigen behoeften en gevoelens wordt dat lastig.
De eerste stap in assertiever worden is de stap naar bewustwording en zelfkennis. Weten wat je grenzen zijn en herkennen wanneer iemand daarover heen gaat.
De tweede stap ligt in het ‘waarom’. Waarom zou je ‘nee’ willen zeggen? Een grens aangegeven kan op weerstand stuiten bij een ander. Is het je dat waard? Vind je dat je het waard bent om voor jezelf op te komen, ondanks de mogelijke gevolgen voor een ander? Deze vragen raken aan je gevoel van eigenwaarde en ook aan zelfvertrouwen. Vertrouw je erop dat je een mogelijk conflict aankunt?
De derde stap ligt in het ‘hoe’. Hoe geef je op een constructieve manier je mening of je grenzen aan? Het ‘hoe’ wordt beschreven in communicatie- en feedbackregels waar het internet mee vol staat. Daarnaast kan onderstaand ezelsbruggetje helpend zijn.
Jij bent IEMAND die er toe doet
De letters in het woord IEMAND vormen handvaten bij een assertieve reactie.
- Start met het woord ik.
- Wees empatisch naar degene die iets van je vraagt.
- Geef met het woord maar het begin van jouw grens aan.
- Biedt eventueel een alternatief.
- Houd vast aan jouw nee.
- En ondersteun jouw woordelijke ‘nee’ door ook nee te doen.
Een voorbeeld
Stel, jouw partner vraagt je om op zondag mee te gaan naar jouw schoonouders. Je hebt echter behoefte aan een dagje tijd voor jezelf na een drukke werkweek en een kluszaterdag. Jouw assertieve reactie kan als volgt klinken: “Ik begrijp dat het voor jou belangrijk is om af en toe samen jouw ouders te bezoeken, maar ik wil zondag graag een dag niets doen. Zullen we volgende week zondag samen gaan?”
Accepteert jouw partner jouw antwoord, dan ben je klaar. Voeg er niets meer aan toe. Je kunt weglopen of over een ander onderwerp beginnen (doe nee). Veel mensen hebben de neiging zichzelf ‘eindeloos’ te verklaren en excuses aan te dragen. In veel gevallen zwakt dat jouw assertieve reactie af. De ander merkt dat je het moeilijk vindt om ‘nee’ te zeggen. Hij kan daar gebruik van maken en je proberen alsnog over te halen.
Accepteert jouw partner jouw reactie niet en komt hij/zij met argumenten of verwijten? Herhaal dan de eerste stappen van IEMAND opnieuw. Bijvoorbeeld: “Ik begrijp dat je het vervelend vindt dat ik morgen niet mee wil. Ik heb daar echter goed over nagedacht en mijn antwoord blijft nee. Ik wil graag met je bekijken wanneer we wel zouden kunnen gaan. ”Je kunt, als de toon van de ander vervelend wordt, dit zeggen: “Ik vind jouw toon of verwijt vervelend” of “Ik vind de manier waarop dit gesprek gaat niet fijn.” Je kunt dan voorstellen om op een ander moment, als jullie minder emotioneel of boos zijn, hierover door te praten. Tot slot geldt opnieuw: zet ook non-verbaal een punt. Laat in jouw lichaamshouding zien dat het ‘nee’ is en blijft.
Een snelcursus assertiviteit
Tot zover de snelcursus. Wanneer je na lezing van het bovenstaande denkt dat je voldoende weet en ermee aan de slag kunt, dan ben ik blij dat ik je met zo weinig zo snel heb kunnen helpen. Menigeen kent echter bovenstaande adviezen en krijgt het desondanks niet voor elkaar. Hieronder lees je meer over de dieperliggende oorzaken, want:
Onkruid blijft groeien wanneer je het niet bij de wortel uittrekt
Maar allereerst een provocatief stukje over de voordelen van subassertiviteit 😉
Subassertiviteit is een kwaliteit
Het tegenovergestelde van assertiviteit is subassertiviteit. Het woord ‘sub’ betekent ‘onder’ en dat is precies wat er in gedrag zichtbaar wordt. Je gedraagt je alsof je onder de ander staat. Alsof de ander belangrijker is dan jij. Je geeft toe, cijfert jezelf weg en gaat conflicten uit de weg.
Je laat de belangen van de ander voor die van jezelf gaan, en dat is prachtig! Wat zul jij een hoop vrienden hebben! Iedereen kan op zijn tijd wel een bediende of onderdaan gebruiken. De hond is ook niet voor niets een van de populairste huisdieren. Hij is trouw en gehoorzaam.
Daarbij leef je een vreedzaam leven. Subassertiviteit is de sleutel tot vrede. Je vermijdt immers conflicten alsof je leven ervan afhangt en wanneer je de gevolgen van een conflict helemaal doordenkt, dan zou je daarin gelijk kunnen hebben. Aan vrijwel elke oorlog of handgemeen ligt een conflict ten grondslag. Ja-zeggen is vaak de vredigste oplossing.
Wanneer je subassertief bent, dan trek je doorgaans als partner of vrienden koningen en koninginnen aan. Logisch toch? Je kent immers je plaats en dat weten ze in je te waarderen. Ze gebruiken je, dat is waar, maar ergens is het toch ook fijn om te weten dat je bruikbaar bent, dat geeft het leven zin. Wie of wat zou je zijn als je geen nut voor anderen zou hebben? Niets, onzichtbaar, onbelangrijk. Dus waarom zou je in godsnaam assertief willen worden?
De oorsprong van subassertiviteit
Raakte bovenstaand stukje jou? Kon je zien dat ik overdreef, maar voelde je ergens ook dat het raakte aan jouw angst om verlaten te worden, niet geliefd te zijn, geen waarde te hebben voor een ander als je zou stoppen met pleasen?
Subassertief gedrag is verweven met het Engelse woord ‘fawning’. Dit gedrag staat samen met vechten, vluchten en bevriezen in de literatuur bekend als een traumareactie. Jouw subassertieve gedrag kan dus diepe wortels hebben. Laten we eens op zoek gaan naar die mogelijke wortels.
Subassertiviteit als gevolg van trauma
Wanneer ik het woord trauma gebruik, verwijs ik binnen deze context niet naar de grootse trauma’s als rampen, oorlogen en ongelukken. Ik heb het over de huiselijke, relationele trauma’s, die niet persé in intensiteit, maar meer in frequentie traumatisch kunnen zijn.
Bij onze geboorte zijn we in feite assertief. We voelen wat we voelen en dat uiten we direct. Dat uiten is onze eerste, basale en primitieve manier van onze grenzen aangeven. Heel simpel. Huilen betekent: dit is niet fijn. Harder huilen: dit is echt heel vervelend. Paniekerig huilen: ik trek het niet meer. Helder toch?
Ja en nee. Iedere ouder weet dat het niet altijd zo simpel is. Vooral omdat het huilen van je kindje je raakt. Het snijdt door je ziel. Je voelt je hulpeloos, machteloos of misschien zelfs onbekwaam. Bijna elke ouder negeert het huilen van zijn baby wel eens en menigeen zal wel eens boos zijn geworden. Gebeurt dit regelmatig, dan kan dit al op een nog vrij onbewust niveau de assertiviteit van het kindje beïnvloeden.
Wanneer huilen geen zin heeft of woede oproept, dan stop je ermee
Het psychologische Still face experiment laat zien hoe belangrijk spiegeling, erkenning en wederkerigheid voor de emotionele ontwikkeling van een mens is. Dit filmpje kan erg aangrijpend zijn. Je ziet hoe een kindje, wanneer de moeder uit het contact treedt, emotioneel bevriest. Het uit zich niet langer. Assertiviteit kan dus door ouders of ook later door een partner uitgedoofd worden, wanneer de ander regelmatig de expressie van emoties en behoeften negeert of afwijst.
Niet gezien worden is traumatisch
Een trauma is een gebeurtenis die je diep raakte, die jouw gevoel van existentie letterlijk of figuurlijk in gevaar bracht. Een traumarespons is een poging om dat gevoel te voorkomen. Mensen die een traumatische ervaring hebben meegemaakt, zijn buitengewoon alert op signalen (prikkels) die lijken op het eerdere trauma. Ze kijken als het ware door een vergrootglas.
Een afwijzende reactie van een ouder of partner op jouw assertieve reacties en het uiten van jouw emoties kan bij herhaling traumatisch zijn, omdat het je figuurlijke existentie bedreigt. Wanneer je regelmatig te horen krijgt dat je niet moet zeuren, dat je moeilijk doet, overgevoelig of egoïstisch bent, dan voelt dat alsof je er niet toe doet, niet goed genoeg bent of dat er iets mis met je is.
Wanneer de ander non-verbaal op jouw opmerking zucht, fronst, je uitlacht of wegkijkt, dan voelt dat alsof je verlaten wordt. Het kan echter ook zo zijn dat je letterlijk verlaten wordt doordat de ander je straft door een tijd lang tegen je te zwijgen of door een tijdje geen contact met je op te nemen.
Een andere reactie die inperking van jouw assertiviteit tot gevolg kan hebben, is een emotionele reactie van de ander. Wordt de ander boos of erg verdrietig door jouw opmerking, dan kan dat schuldgevoelens teweeg brengen. Je krijgt dan het gevoel dat je iets heel ergs gedaan hebt.
Assertiviteit versus agressiviteit
Vaak worden agressiviteit en assertiviteit met elkaar verward. Agressiviteit is een emotionele reactie. Een reactie die voortkomt uit woede en die woede is vaak het gevolg van te lang oppotten. Iemand met een geschiedenis van subassertief gedrag, van lang slikken en sloven, kan soms doorslaan. De spreekwoordelijke emmer loopt ineens over.
Assertiviteit kun je leren
Stel: je hebt van huis uit niet geleerd hoe je contact met jouw gevoel en behoefte kunt maken (zie hiervoor ook mijn blog Gevoeld gevoel). Stel: het is je niet bijgebracht dat je grenzen mag stellen en hoe je dat moet doen.
- Je begint met het opsporen van je belemmerende overtuigingen. Waar ben je bang voor? Wat blokkeert je in het assertief zijn. Is het een gemis aan grenzen voelen, dan begin je met het jezelf dagelijks af te vragen hoe iets voor je is. Doet iets je goed of word je er moe, somber of chagrijnig van?
- Vind je misschien dat je het niet waard bent om je grenzen en wensen te uiten? Waar baseer je dat op? Waar komt die overtuiging vandaan en klopt die overtuiging of mag je die terugleggen bij degene die hem je als het ware gaf en zeggen: “Jouw mening over mij zegt meer over jou dan over mij. Ik geef hem je terug.”
- Ben je bang voor afwijzing? Vraag jezelf dan eens af: “Wat is erger? Dat de ander jou afwijst, of dat jij jezelf en jouw behoeften afwijst?”
Een ander is een tijdje in je leven, maar jij leeft in jouw gezelschap voor de rest van jouw leven
Assertiviteit is zelfzorg
Een mens die weet hoe voor zichzelf te zorgen, houdt op de lange termijn meer over om aan anderen te geven. Oftewel:
Uit een lege put kun je niet drinken
Daarnaast leidt langdurige subassertiviteit vaak tot wrok en bitterheid. On- of halfbewust houden we van binnen een boekhoudkundige balans bij. Als we altijd ‘ja’ zeggen en voor de ander klaar staan, dan verwachten we dat heimelijk ook van die ander. Die hoge verwachting leidt onmiskenbaar tot teleurstellingen die zich van binnen opstapelen. We raken gefrustreerd, ontmoedigd en voelen ons mogelijk ondergewaardeerd en steeds eenzamer. Ik hoor dit regelmatig terug in de verhalen van mijn cliënten. Ik vermoed dat er een soort wetmatigheid bestaat: wanneer je je niet zichtbaar maak, word je niet gezien. Assertiviteit gaat over: het jezelf zichtbaar maken.
Wanneer je je als een voetveeg gedraagt, is het niet verwonderlijk dat je als een deurmat wordt gebruikt 😉
Assertief zijn is niet hetzelfde als egoïstisch zijn, en zelfs egoïsme heeft zo zijn waarde. Het wordt pas negatief als je er ‘te’ voor zet (Lees anders eens mijn blog Lessen in egoïsme. Hij is prikkelend, grappig en misschien steek je er wat van op).
Iemand die assertief is, met respect en begrip voor de ander en zonder agressief te worden, is iemand die eerlijk is, over eigenwaarde beschikt, contact met zijn gevoelens heeft en over voldoende zelfvertrouwen beschikt om een mogelijk moeilijke situatie aan te gaan. Zeg nou zelf, dat klinkt toch als een fijn iemand om mee om te gaan! 😉
Geef een reactie