Onlangs sprak ik met een collega over de problemen die sommige mensen ervaren in het omgaan met hun gevoel. Ik verwonderde mij erover dat er in ons onderwijs aandacht is voor rekenen en taal, maar niet voor gevoelens. Taal is cruciaal bij het ons verstaanbaar maken en het tot ons nemen van informatie. Rekenen helpt ons bij het onder controle krijgen van onze externe ‘economie’. Ons gevoel betreft echter als het ware onze innerlijke taal en economie. Als we daar geen contact mee hebben, hoe moeten we dan overeind blijven in een steeds complexere wereld?
Met deze blog hoop ik bij te dragen aan een beter contact met je gevoel, een beter begrip van wat je voelt en je te helpen bij het vinden van een manier om dit met anderen te delen. Een soort van snelcursus dus. Hoewel ik nog steeds hoop dat dit ooit een schoolvak wordt.
Voelen is net zoiets als ademen
Wanneer we geboren worden dan ademen we automatisch, dat hoeft niemand ons te leren. Ook ons gevoel gaat direct aan. Een baby huilt bij honger, een vieze luier en verdere ongemakken, ook dat hoeft niemand hem voor te doen. Het lijkt er dus op dat we bij onze geboorte één zijn met ons gevoel.
Deze symbiose raakt echter al snel verstoord onder invloed van ons denkvermogen en … ons gevoel. Ja dat lees je goed. We zijn namelijk niet alleen in staat om contact te maken met ons eigen gevoel, maar ook met dat van een ander. Onze overleving is daarvan afhankelijk en dus kunnen we al heel jong onze uiting van ons gevoel onder controle brengen ten gunste van onze overleving. Het is bijvoorbeeld niet handig om te huilen als papa of mama daardoor boos wordt en weggaat.
Ons denken helpt ons daarbij. Daarin kunnen we afwegen welke actie gewenst is en welke niet. We onthouden ervaringen en automatiseren ons gedrag, zodat we daar een volgende keer minder energie voor nodig hebben. Deze taken worden als het ware opgeslagen in onze innerlijke criticus. Hier lees je daar meer over.
Gevoel versus emotie
We gebruiken de woorden gevoel en emotie vaak door elkaar. Het is echter belangrijk om hiertussen een onderscheid te maken. Gevoelens gaan, zoals het woord al zegt, over wat je voelt. Dat wat je voelt is iets anders dan dat wat je denkt, zoek het antwoord dan ook niet in je brein. Ik schrijf dit laatste bewust op, want dit is een van de dingen waar het bij ons vaak mis gaat wanneer we ons gevoel proberen te leren kennen. Daarover later meer.
Emoties zijn de zichtbare uitingen van je gevoel. Laten we de spreekwoordelijke emmer die overloopt eens als metafoor gebruiken. In die emmer zat al aardig wat water, anders zou die niet kunnen overlopen. Onze gevoelens zijn als het water in die emmer. Ze waren er al, alleen gebeurde er iets waardoor het water over de rand glipte. Dat water dat over het randje glipt, zijn onze emoties. Het is datgene dat we niet binnen houden, omdat we dat niet meer kunnen of omdat we het willen uiten.
Help, ik voel mijn gevoel niet!
Regelmatig krijg ik van een cliënt(e) de vraag: “Help me om (meer) contact te krijgen met mijn gevoel!” Om te begrijpen hoe je weer contact met je gevoelens krijgt, helpt het om te begrijpen waardoor je dat contact hebt verloren:
- Je gevoel was te groot! Een traumatische ervaring, zeker als kind, kan te groot zijn om te dragen. Onze geest heeft echter allerlei manieren om dat gevoel als het ware weg te stoppen. Je leest hierover meer in mijn blog Afweer als verweer .
- .Je gevoel werd nooit gezien in de volle betekenis van dit woord. Wanneer ouders de gevoelens van hun kind erkennen en bevestigen, dan leert het kind zijn gevoelens te begrijpen en toe te staan. Stel een kindje is verdrietig. Mama benoemt dit door te zeggen: “Je bent verdrietig hè?” en ze erkent het gevoel door een arm om het kindje te slaan en naar haar te luisteren. Het kind weet hierdoor: dat wat ik voel is verdriet, het is oké dit te uiten en het helpt dat mama me troost en luistert. Gebeurde dit niet, dan kan het voor je lastig zijn om je gevoelens te herkennen. Je voelt nog wel iets, maar weet niet wat het is. Misschien schrik je ervan en verwar je het met een lichamelijke aandoening.
- Gevoelens zijn slecht! Je kunt deze overtuiging hebben gekregen, omdat je bij je ouders zag dat het uiten van emoties meer kwaad dan goed deed. Je zag bijvoorbeeld hoe ze steeds ruzie maakten. Het kan ook zijn dat je ouders jouw uiting van jouw gevoel, dus jouw emoties afwezen. Denk bijvoorbeeld aan het gezegde: “Jongens huilen niet!”
- Gevoelens, wat zijn dat? Sommige mensen zijn een kei in het niet voelen en misschien ligt de verklaring in één van de bovenstaande zaken. Misschien heb je ervaren dat je ouders hun emoties ook wegstopten. Hoe dan ook, ze zorgen dat ze niets voelen. Ze onderdrukken hun gevoelens, soms bewust en soms onbewust. Hoe? Door bijvoorbeeld altijd druk bezig te zijn met werk, studie of de zorg voor anderen, door het gebruik van alcohol, drugs, teveel eten, door te gamen of door middel van seks.
Kan het kwaad als ik mijn gevoel niet voel?
Onze gevoelens hebben meerdere functies: ze vertellen je hoe het met je gaat, kunnen je leven richting geven door je te laten weten wat jou goed doet en wat niet, en ze kunnen je waarschuwen: “Stop, deze persoon heeft niet het beste met je voor” of ” Tijd voor een pauze!” of “Deze baan past niet bij jou”. Wanneer je dus niets voelt, mis je een hoop informatie. Informatie die belangrijk is voor je gezondheid en welbevinden.
Psychische aandoeningen zoals een depressie of angststoornis, slaapproblemen en ook sommige somatische klachten (zoals hoofdpijn en buikpijn) kunnen het gevolg zijn van een afwezig of slecht contact met gevoelens. Je zult het beslist al wel eens eerder hebben gelezen: het verdringen van je gevoelens kan schadelijk zijn voor je gezondheid. Ik zie klachten als een signaal. Een soort van alarm dat steeds luider klinkt: “Luister nou eens naar me!” Gevoel wil gevoeld worden.
Paul Loomans gebruikt in zijn boek Goed gevoel (dat ik in deze blog niet beschrijf, maar wel van harte kan aanbevelen) de golf als metafoor voor gevoel. Wanneer je een golf in de zee tegen probeert te houden door bijvoorbeeld een kade van beton te bouwen, dan zal die steeds feller op de kademuur slaan. Wanneer je hem echter de ruimte geeft, zoals op een strand, dan zie je hoe hij opwelt en vervolgens afrolt tot hij zachtjes in het zand verdwijnt.
Jouw gedachten schreeuwen, je gevoel fluistert.
Hoe leer ik naar mijn gevoel te luisteren?
Het fijne van onze gedachten is dat ze zich uiten in taal. We verstaan ze meteen, soms tot grote ergernis van onszelf. Wie heeft er niet wel eens verzucht: ”Ik wou dat er een knop op die gedachten zat, zodat ik ze zou kunnen uitzetten!” Onze gevoelens komen echter niet tot ons in duidelijke, meteen te begrijpen taal. Ze klinken bovendien zacht. Daarin zijn ze verschillend van onze emoties. Die zijn een stuk lastiger te negeren. Leren voelen is eigenlijk het trainen van je voelsprieten in het zich naar binnen richten, in plaats van naar buiten.
- Begin eerst eens met het verwoorden van je emoties. Dat kan op zich al een uitdaging zijn. Een ezelsbruggetje hierbij zijn de vier B’s. Deze staan voor bang, blij, boos en bedroefd. Vanuit deze vier kun je dan weer andere emoties afleiden, zoals gespannen (familie van bang), somber (familie van bedroefd), geïrriteerd (familie van boos) enzovoort.
- Heb aandacht voor je lichamelijke reactie in bepaalde situaties. Spanning op je borst, een snellere ademhaling, een zwaar hoofd, misselijkheid, een brok in je keel. Wat wij emoties en gevoelens noemen zijn eigenlijk fysieke sensaties. Door ze neutraal op te merken, blijf je bovendien uit het oordeel, want onze innerlijke criticus laat vaak van zich horen in de zin dat we een gevoel goed of slecht vinden.
- Neem de tijd. Onze gevoelens laten zich het best horen wanneer we rustig zijn en er stilte om ons heen is. Je kunt daarbij denken aan meditatie, maar ook een wandeling door de natuur is een prima manier om meer tot jezelf te komen. Alles wat afleidt, leid je af van jezelf en dus van je gevoel, met uitzondering van creativiteit. Schilderen, dansen, zingen, schrijven: het brengt ons juist dichter bij ons gevoel.
- Je zou een gevoelens-dagboek kunnen bijhouden. Hierin probeer je te verwoorden wat je voelt. Het helpt je vaardiger te worden in het gebruiken van taal voor je gevoelens, waardoor je ze ook makkelijker met een ander kunt delen. Wanneer je niet precies weet welk gevoel het is, noem het dan gewoon ’gevoel’.
‘Focusing’ als een methode om te voelen
Eugene Gendlin (Filosoof en psycholoog) ontwikkelde de methode focusing (focussen) om ons te helpen onze gevoelens te ervaren, toe te staan (te verdragen) en kennis te maken met de wijsheid die ze in zich dragen. Het brengt ontspanning, helderheid en balans. Het vergroot je bewustzijn, je leert jezelf beter kennen.
Je kunt met de stappen die ik hieronder beschrijf, leren in je eentje te focussen. In mijn praktijk begeleid ik cliënten dagelijks met deze methode. Hierdoor kom je vaak iets verder of dieper dan wanneer je het in je eentje doet.
De zes stappen zoals ontwikkeld door Gendlin:
- Ruimte creëren: Maak contact met je lichaam. Voel eerst eens alle delen van je lichaam, beginnend bij je voeten. Probeer vervolgens contact te maken met de binnenwereld van je lichaam. Het gebied van je keel, borst, maag en buik. Misschien merk je dat je gedachten krijgt. Aanvaart deze en probeer ze weer los te laten. Probeer af te stemmen op je lichaam. Bij de één gaat dit heel snel, bij de ander duurt dit wat langer. Het kan ook per keer verschillen. Je kunt hierbij je lichaam bijvoorbeeld de vraag stellen: hoe zit ik er nu bij? Beantwoord deze vraag niet met je hoofd.
- ‘Felt sense’ ervaren: Ook wel ‘gevoelssensatie’. Je kunt je lichaam daarvoor een open vraag stellen over iets dat in je leven speelt. Bijvoorbeeld ‘Wat is het gevoel bij … ‘? Beantwoord deze vraag niet met je hoofd, maar ervaar wat je in je lichaam kunt waarnemen. Gevoel is niet makkelijk in woorden te vangen, heb geduld. Gelukkig hebben we in onze taal uitdrukkingen die verwijzen naar hoe iets kan voelen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan: een brok in je keel, een steen op je maag, een olifant die op je borst zit, of vlinders in je buik. Daarover hieronder meer.
- Uitdrukken van de ervaring: Onderzoek hoe je kunt uitdrukken wat je ervaart. Welk woord, welke zin of welk beeld komt uit de ‘felt sense‘ naar boven? Wat past het beste?
- Resoneren: Vraag jezelf: omschrijft dit inderdaad het beste wat ik ervaar, of is het toch nog iets anders? Ga terug naar de felt sense en vraag bijvoorbeeld ‘klopt het dat het dit of dat is?’. Als het klopt, kijk of je het gevoel van dat het klopt kunt ervaren. Als het verandert, kijk of je de felt sense kunt volgen. Als het helemaal klopt, ervaar je vaak een ‘Aha!’ moment. Dat wordt ook wel een ‘felt shift‘ genoemd. Probeer daar dan nog een tijdje bij te blijven.
- Stel vragen: Stel je lichaam open vragen, zoals ‘wat is er zo vervelend aan’, ‘welke emotie draagt die plek daar in mijn buik in zich’, ‘wat maakt dat ik hier spanning bij ervaar in mijn buik’, ‘wat heb ik nodig om op die plek minder spanning te ervaren’? Beantwoord ook deze vragen niet met je hoofd, maar onderzoek wat je in het lichaam kunt ervaren. Ga na of je een ‘felt sense’ kunt waarnemen. Bij iedere vraag kun je stap 2, 3 en eventueel 4 opnieuw doorlopen.
- Ontvang: Verwelkom wat zich aandient. Vriendelijk, zonder oordeel. Zie het als onderdeel van het proces, niet als een uiteindelijke oplossing. Je kunt je ‘felt sense’ laten weten dat je er later op terugkomt. Je sluit deze vorm van beoefening af, niet het proces. Je kunt je lichaam vragen of het zo oké is of dat het verder wil gaan, bijvoorbeeld totdat het (een nieuwe) ‘felt shift’ ervaart.
Laten we erover praten
Na wat oefening, zal je hopelijk merken dat je ook in een omgeving met prikkels je bewust kunt worden van je gevoel. Je leeft niet langer enkel in je hoofd en gericht op de buitenwereld, maar je hebt er een dimensie bij gekregen. Misschien wil je jouw gevoel nu ook delen met anderen? Wanneer jouw omgeving weinig ervaring heeft met het praten over gevoelens en onderbouwde antwoorden of verklaringen wil, dan kan je op wat hobbels stuiten. Accepteert je gesprekspartner jouw antwoord: “Het voelt niet goed” of “Ik krijg het hier benauwd van”? Mooi, niks meer aan doen. Maar reageert de ander daar niet begrijpend op, dan kun je hem of haar vragen te helpen het gevoel samen verder te onderzoeken. Vraag de ander om tijd en geduld of laat hem of haar eerst eens deze blog lezen 😉.
Door de adviezen in deze blog en het focussen, leer je spelenderwijs over je gevoel te praten. Je krijgt meer taal tot je beschikking en je leert te praten vanuit ‘Ik’ voel … in tegenstelling tot het vaak gehoorde, gebruik van het woord ‘Je’. Waarop vervolgens een soort van algemene uitspraak komt, zoals: “Je voelt (waarmee de spreker op zichzelf duidt) dan dat je daarover boos bent”. Gekke zin hè? Let er maar eens op. Mensen praten vaak op deze manier.
Een voordeel van het leren praten over je gevoelens is, dat gevoelens geen alles of niets karakter hebben. Kijk eens naar het verschil tussen de volgende twee zinnen: ik ben verdrietig, ik voel me verdrietig. De eerste zin gaat over emoties. Je hebt het idee dat er in jou niets anders aanwezig is dan verdriet. Je valt er mee samen. Dat is niet enkel heftig voor jou om te ervaren, maar komt op de ander ook heftig over. In de tweede zin zeg je iets over een gevoel. Het is iets wat je voelt, maar je valt er niet mee samen. Je ‘bent’ het niet, het is er ‘ergens’ in jou! Hierdoor wordt het gevoel voor jezelf meteen een stuk beter te hanteren (te dragen) en ook voor de ander kan dit daardoor makkelijker hanteerbaar zijn.
Tot slot: wat als de ander geïrriteerd of ongeduldig raakt of zijn aandacht voor jou verliest wanneer je probeert jouw gevoel te delen? Zeg dan eventueel: “Ik kom erop terug!” en als dit een patroon blijft, bescherm jezelf dan tegen deze afwijzing en laat het erbij. Niet iedereen is eraan toe om over gevoelens te praten, of kan er überhaupt mee uit de voeten.
Laat je in elk geval nooit opjagen, forceer niets en blijf trouw aan en liefdevol voor je gevoel. Want:
Gevoel fluistert, maar het meldt zich niet voor niets.
Jaap Jonk zegt
Ik denk dat vooral het laatste stukje van deze blog voor mij de kern van de zaak raakt. Als je je gevoel niet kunt delen, of je gevoel wordt niet herkend, als het niet kan resoneren bij een vriend(in) dan blijft het wat in de lucht hangen. Pas wanneer iemand tijd en gevoel heeft voor jouw gevoelens is het een vriend.
Ik denk dat dat ook heel verschillende vormen kan hebben. Ik kan met mijn motor vriend gevoelens delen over het genot van een motor rit door het Twentse land. “Wat mooi, wat heerlijk, wat een schoonheid, en wat lekker om alleen dit te ervaren, en al het andere te vergeten”. Dat wij beide hetzelfde ervaren voelt als gedeeld geluk.
Als je geen gedeelde ervaring hebt vraagt het veel geduld en inlevingsvermogen om het gevoel van de ander echt te begrijpen. Maar als dat lukt; je kunt in woorden aan de ander laten merken dat het gevoel bij jou aangekomen is, dan is dat ook weer een gedeeld geluk.
Ik denk dus dat gevoel afhankelijk is van de relatie; zoals de volkswijsheid zegt; gedeelde smart is halve smart, en gedeelde vreugde is dubbele vreugde.